Naast en door elkaar las ik twee boeken: Fatsoenlijk eten, mijn leven als proefkonijn van Karen Duve (uit het Duits vertaald) en Ons eten, het ware verhaal van de Nederlandse maaltijd van Mac van Dinther. In het eerste boek eet Karen een jaar lang na elkaar biologisch, vegetarisch, veganistisch en fruitarisch. Mac volgt een aantal producten: tomaat, aardappel, sla, varken en yoghurt van het land tot op het bord. Beide boeken lezen makkelijk weg (what else is new?), maar wat mij opviel is dat beide opmerkelijk veel aandacht besteden aan kant-en-klaar spullen en daarmee de versbereiding onderbelicht laten. Zo vergelijkt Mac prijzen van tomatensoepen van Unox en van de kleine soepfabriek, maar hoe duur - of eigenlijk goedkoop! - het is om zelf een soepje in elkaar te draaien, wordt niet vermeld. Karen kookt nauwelijks zelf, dus zij is aangewezen op allerlei soorten vleesvervangers, potjes en tubes. Haar culinaire aspiraties zijn zo nihil dat ze in haar laatste fruitarische of fructarische periode alleen nog maar doperwten in kokosmelk eet. In mijn ogen een gemiste kans.
Al is het interessant leesvoer allemaal. Erg vrolijk word je er niet van. We leven in tijden van crisis, dus we kunnen geen blad openslaan of programma bekijken zonder met de sombere feiten te worden geconfronteerd. En eigenlijk doen deze boeken er nog een schepje bovenop, want er is veel mis met onze voedingsindustrie, met monopolies, prijsafspraken, slachtpraktijken, opwarming van de aarde door koeienscheten etc. Karen maakt het helemaal bont door haar ervaringen te doorspekken met berichten over overstromingen, droogtes en aardbevingen verspreid over de hele wereld. Gelukkig laat ze de rupsen-, sprinkhanenplagen, falende kernreactoren en andere wereldschokkende rampen buiten beschouwing.
En zo leren we dat niets goed is of het deugt niet. Zelfs al koop ik biologische kaas en eet ik geen vlees meer, dan nog worden er stiertjes geslacht, want zonder kalveren levert de koe immers geen melk. En eieren kunnen ook niet, want iets soortgelijks gebeurt natuurlijk ook met de haantjes.
Ik word uiteindelijk zo geïndoctrineerd dat het me in Mac's boek begint te ergeren dat het zo is vormgegeven dat de pagina's maar voor tweederde met tekst zijn bedrukt, de rest blijft blanco. Dat is toch zonde van al die arme bomen. Helaas besteedt hij ook erg veel aandacht aan die losse blaadjes babysla in plastic zakjes, een Hollandse uitvinding en oh zo handig, maar dat je geen normale dressing over die maagdelijke blaadjes kunt gieten, omdat ze dan meteen tot snot verleppen, en dat ze eigenlijk nergens naar smaken, daar is geen aandacht voor. Terwijl er in de slarecepten achterin het boek alleen met de stevige, smaakvolle kroppen wordt gewerkt.
De twee boeken werken erg op het gemoed, op ons sentiment. En laat ik nou net het boek Door en door verwend van Theodore Dalrymple (uit het Engels vertaald) hebben gelezen. Daarvan heb ik onthouden dat het sentiment tegenwoordig bijna leidend is in alles wat wij doen, dus ook in onze voedselkeuze. Nu bedacht ik me dat dat bij onze gemiddelde medemens wel mee zou vallen, die eet het liefst en zonder erbij na te denken een hamburgertje met een aardbeienmilkshake, tot ik me bedacht hoe die caloriënbommen worden genoemd: een Happy meal.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten