dinsdag 27 februari 2018

Woensdag gehaktdag

Ooit werkte ik bij een cateringbedrijfje in Uithoorn. Ik herinner me daarvan vooral de sterke geur van het schoonmaakmiddel waarmee we aan het eind van de dag de keuken schoonmaakten, en mijn twee blunders. De eerste had ik al snel gemaakt. De eigenaresse haalde de vleeswaren voor de borrelhapjes voorgesneden bij de slager. Ik wist niet dat ze die niet per gewicht, maar per plakje bestelde, dus voor de salamirolletjes (gevuld met levermousse en afgewerkt met een toefje cranberryjam), kocht ze 40 plakjes voor een partij van 40 personen. Toen ik maar 38 rolletjes bleek te kunnen maken, moest ik met de billen bloot: ik had 2 plakjes zelf opgesnoept. Even later maakte ik een bouillon van runderpoulet. Toen die uitgetrokken was, zeefde ik het geheel en gooide ik de poulet in de vuilnisbak. Mijn bazin was geschokt: dat vlees had terug gemoeten in de soep! Mijn argument dat daar toch helemaal geen smaak meer aan zat, maakte niks uit.
Het bedrijfje heette Carême catering, vernoemd naar 'de koning van de chefs en de chef van de koningen'. Marie-Antoine was een beroemde patissier en chefkok aan het begin van de negentiende eeuw. Als Antonin Carême zou hij uitgroeien tot een van de grondleggers van de moderne gastronomie (en uitvinder van de hoge witte koksmuts).
Tot mijn verbazing heeft die naam echter nog een betekenis, een hele actuele. Het is een samentrekking van het Franse woord quadragesima, de veertigdagentijd ofwel de vastentijd, die op Aswoensdag, dit jaar op 14 februari, is ingegaan. Ik weet niet precies hoe dit in de diverse werelden wordt geïnterpreteerd, maar in deze buurt betekende dat vroeger dat er geen vlees en geen dierlijk vet werd genuttigd, dus kaas en melk waren ook uit den boze. Eigenlijk mocht er alleen vis en gekookte groente worden gegeten. Maar dat nam men niet zo nauw, ik neem aan dat er door de kerkvaders wel een verklaring voor is gegeven, maar er waren twee 'uitzonderingen' mogelijk: er mochten namelijk wel slakken en schildpadden worden gegeten. Ooit waren die laatste beesten hier in overvloed (200 miljoen jaar geleden liepen er zelfs grote reuzenschildpadden rond Perpignan), maar nu zijn er in de buurt twee 'parken' waar ze worden gefokt en beschermd, want ze worden met uitsterven bedreigd. Hoe de schildpadden werden gevangen - ik neem aan dat ze in deze tijd van het jaar hun winterslaap hielden - en hoe ze werden bereid, heb ik nog niet kunnen nagaan. Ik dacht in ieder geval altijd dat hun aantalen drastisch zijn teruggelopen door de bosbranden, maar heb nu zo mijn twijfels.

maandag 19 februari 2018

Paradoxaal

Er stond een column in de krant over de grote (woon)keukens in de huidige Nederlandse woningen en de vele kant-en-klaar maaltijden of maaltijdpakketten die in de supermarkt te koop zijn. Van die pakken die eerder een Samsung MC35J8085CT combimagnetron behoeven dan een kookeiland met 6-pits gasstel, grilplaat en inbouw aga-stoomoven. De Hollandse paradox?
Er staat in diezelfde krant ook een stukje over de lunch(pauze) op Nederlandse lagere scholen. Er wordt gezegd dat er voor de kinderen geen tijd is voor een goede verdeling tussen leren, lunchen en spelen en dat dat, naar buitenlands voorbeeld, nu eindelijk eens zou moeten veranderen.
Ik herinner me nog wel dat ik op de lagere school te ver van huis woonde om heen en weer te fietsen (halen en brengen met gemotoriseerd verkeer was er toen nog niet bij), dus at ik af en toe 'op de zaak' (werkende ouders) of bij een vriendje of vriendinnetje thuis, natuurlijk altijd een boterhammetje. Op school bleef, voor zover ik me herinner, niemand over en er was zeker geen kantine. Op de middelbare school namen we broodtrommeltjes mee, maakten we de buurtsuper onveilig of trokken we iets uit de muur. Ook daar was geen echte kantine, al herinner ik me wel een bar, maar nooit in functie. 
Nu krijg ik al enige tijd via een vriendin professionele Franse horecablaadjes met daarin gespecificeerde weekmenu's voor kantines van scholen en tehuizen. Per dag worden er, voor de lunch, drie-gangenmenu's voorgesteld en uitgeschreven, qua bereiding, ingrediënten, voedingswaarden en kostprijzen, per 100 personen. Mij valt altijd weer op hoe inventief en gevarieerd deze menu's zijn. Bij zowel kinderen als ouderen wordt extra gelet op de voedingswaarden, er is veel afwisseling en ruimte voor thema's, zoals Pasen of Halloween en de kosten zijn zeer laag. 
De kinderen kunnen hun neus niet optrekken voor inktvis, slakken, witlof of bessensap, want ze krijgen het gewoon met de paplepel ingegoten. Het staat in schril contrast tot de schoolmaaltijden in Engeland, zoals verslagen door Jamie Oliver, waarbij de frituurpan overuren maakt en kinderen worteltjes alleen als diepvriesvoer kennen. En in ons land is er nu 'de reis van 5', een woordspeling op de schijf van 5; door een groene slang van druiven te maken, of een kikker van erwten, gaan 'kids als piraat op ontdekkingsreis en leren ze spelenderwijs gevarieerder eten.'
Volgens mij begint de Franse paradox dus gewoon op school: de kinderen krijgen gevarieerd, uitgebalanceerd eten dat ze samen nuttigen en waar ze ook over praten. Het eten wordt serieus genomen en er is ook aandacht voor verspilling, want de leerlingen wordt geleerd om net zoveel stukjes stokbrood te pakken als ze op kunnen en eventueel gewoon nog wat bij te pakken, in plaats van te laten liggen. Zo wordt lunchen ook leren en dat is misschien ook een stukje van de paradox.
Nu nog even de verspilling in de supermarkten - de bergen plastic in plastic in karton - aanpakken en iedereen is heureux. 

woensdag 14 februari 2018

Opgeklopt en doorgeslagen

We waren weer even in het land en verrast over de enorme aanwas van horecagelegenheden in de hoofdstad. Niet dat we een behoorlijke lunch konden vinden, want de meeste plekken caterden alleen voor toeristen of avocadoliefhebbers, of er werd gekookt met een 'lunchkaart', dus was er alleen keuze tussen tosti's, omeletten of ceasarsalads.
Maar niet ver van het station vonden we pas echt een nieuw concept dat we natuurlijk graag uitprobeerden. Het was een bar/café/resto/deli (ja echt, men lijdt collectief aan keuzestress). De drempelloze entree bleek niet zozeer voor de rollators onder de mensen, maar de rolkoffers, waarvoor zelfs een speciale garderobe was ingericht.
We kregen onze kaart op een ipad (daar keken we niet meer van op), waarop het menu niet meer alleen de gerechten beschreef, maar ook de taalinstelling (een gigantische lijst) en de 'additionals'. Dit laatste bleek een opsomming van herkomst van de producten met voetafdruk, de caloriën, allergieën en, een beetje vreemd misschien, de hoeveelheden kokosolie en sojamelk.
Maakte dit alles ons een beetje lacherig; bij het verder scrollen, stuitte ik ook nog op een 'disclaimer' en die bevatte de mededeling dat ervoor was gekozen om volgens het 80-20 procent principe te koken (dus groente in de hoofdrol) en voor de verwerking van plaagdieren en exoten, waarbij rekening was gehouden met mogelijk aanstootgevend bloot. Dat betekende, ik citeer: 'Om onze klanten zoveel mogelijk tegemoet te komen (...) zijn onze kikkerbilletjes afgedekt met een velletje van filodeeg (...).' Een heus schaamlapje dus. Dat geloof je toch niet!
En daar bleef de correctheid niet bij. De gerechten werden door een drone uitgeserveerd. Dit vonden we ook uitgelegd in de disclaimer: '(...) om ongewenste inti-metoo-ten in de bediening te voorkomen.'
Ik moest intussen zo lachen dat ik ervan naar de wc moest. Daar natuurlijk geen mannetje/vrouwtje op de deur, oeps: vrouwtje/mannetje, maar een deur met een hele reeks stickers wc, toilette, baño en weet ik het allemaal (oh ja: t'ualet'i - dit bleek Georgisch).
Wat we uiteindelijk aten zal ik nog wel eens uitgebreid omschrijven. Nu alleen nog even dit: via de link #culinaircorrect konden wij antwoorden op de obligate vraag:"Heeft het gesmaakt?" waarbij ik als afgestudeerd neerlandica (ik blijf een vrouw) graag wil voorstellen voortaan te vragen:"Heeft de gesmaakt?" want 'de' is tenminste onzijdig, of moet ik schrijven 'onhijdig?