zaterdag 18 mei 2013

Een ervaring rijker bij Den Blijker

Eigenlijk wilde ik in Rotterdam bij Hotel New York eten; ik had zin in oesters. Maar iemand had het advies gegeven naar Las Palmas te gaan, dat er vlak bij ligt. Het zag er indrukwekkend uit en we werden direct heel attent binnen geloodst. Dat het hier een zaak van Herman den Blijker betreft, was meteen duidelijk. Er lagen dikke stapels van zijn kookboeken, en zijn blauwe ogen in de kale kop keken je vanaf het omslag en op nog andere plaatsen indringend toe. De gerechten op de kaart leken wat aan de prijs, maar klonken goed, dus lieten we ons het restaurant inleiden langs een enorme vitrine met grote hompen vlees aan dikke metalen haken, tussen de hoge betonnen pilaren door, opgeleukt met gigantische opgezette dierenkoppen (bizon en hert), en met het zicht op het keukengedeelte waarnaast nog meer blote stukken vlees achter het raam hingen. Het geheel, met ook nog eens een hele rij overmaatse boeketten, had een hoog Greenaway gehalte.
Eenmaal geïnstalleerd kregen we een serveerster toegewezen die ons als droge witte aperitiefwijn de keuze gaf tussen een Argentijnse Chardonnay of Sauvignon Blanc (beide van Norton) of een Franse Sauvignon Blanc (een Lamothe Vincent uit de Bordeaux). En omdat we toch wat chauvinistisch zijn, kozen we de Franse. Die werd uit een nieuw ontkurkte fles ingeschonken en smaakte zo goed dat we hem niet per glas namen, maar ons de gehele 75 centiliter toe-eigenden. Erbij nam ik (natuurlijk) oesters; Vendée (nummer 3), die wel wat melkig waren, maar toch goed. Mijn tafelgenoot at sashimi van tonijn, die heel mals, maar verder niet erg bijzonder was, met een obligaat hoopje wakame salade, zoals je ook bij Albert Heijn kan vinden. Als hoofdgerechten kozen we bavette, op 'geprakte aardappel' (nee, er zat nog net geen juskuiltje in) met een paar plakjes biet,  en kalfszwezerik, die op aardappelpuree lag met erbij wat zwart geblakerde schijfjes courgette. De malse bavette had een uitgesproken smaak die ik niet kon thuisbrengen en ook niet direct associeerde met een echte vleessmaak. De kalfszwezerik was mooi krokant gebakken, maar de portie was voor zo'n cholesterol bom wat erg groot.
Er was dus ook echt geen behoefte meer aan een dessert. En toen we de rekening kregen, hadden we helemaal gegeten en gedronken. De wijn bleek €52,50 en dat betekende dat die daar tussen de 6 en 9 keer over de kop is gegaan! De winkelprijs is €7,95, maar zal bij de groothandel dus nog wel lager liggen. Bovendien ontdekten we vanmorgen dat er één glas uit de fles was opgevoerd als aperitief, waarvoor nog eens €9,50 was berekend.
Nou snap ik waarom die kop van Herman zo zelfgenoegzaam glimt. En de volgende keer dat ik er in de buurt ben, ga ik gewoon weer lekker bij de buren eten.

donderdag 9 mei 2013

't Is genoeg geweest!

En dan gaat er zomaar een hele tijd voorbij zonder bloggen. Tja, het kan verkeren. Gelukkig ben ik niet afhankelijk van adverteerders, dus doe ik mijn eigen zin en blog ik als er iets te vertellen valt of als mij iets van het hart moet. In de tussentijd is er ook niemand geweest die mij vroeg waar mijn volgende blog bleef, dat is aan de ene kant jammer, maar aan de andere kant rustgevend; geen druk, dus geen onzinnig gebral. Nou ja, zo langzamerhand hebben wel allerlei culinaire gedachten door mijn hoofd gespookt die toch ergens een uitweg zoeken en dit kanaal is wel een heel makkelijk. Als ik schrijf over die afhankelijkheid van advertenties, moet ik bijvoorbeeld denken aan Sanoma, waar het helemaal niet zo goed mee gaat en als ik aan Sanoma denk, denk ik aan Delicious, het tijdschrift dat ons doet geloven dat het heel goed met ons allemaal gaat. Ik ben pas bij het februarinummer, maar neem even aan dat deze trend zich in de daaropvolgende nummers voortzet. Drie bladzijden over alleen maar chocolade, en dan vooral winkels gespecialiseerd in chocolade, in bonbons, repen, melk en zelfs het zelf chocola maken. Nergens een hint dat de ene na de andere speciaalzaak de deuren moet sluiten en de oude thee- en koffiezaak hier in de stad nu schreeuwerige bedrukte t-shirts, base-ballpetjes en sloffen-die-op-blote-borsten-lijken verkoopt. Doorbladerend krijg ik de indruk dat alle Nederlanders alleen nog maar bij de plaatselijke slager hun vlees kopen en dat dan ook nog elke dag minstens drie uurtjes sudderen in de oven. Hun groente komt van de markt of is eigenhandig uit het landje achter de koopwoning getrokken of met de bakfiets door een blozende startende ondernemer aan de voordeur afgegeven. De nagerechten zijn allemaal natuurlijk 'lekker' zondig, maar dat mag na al het verstandige werk en combineren van vezels, vitaminen, mineralen in voor- en hoofdgerecht.
Ondertussen lees ik in een heel ander culinair geschrift, dat er steeds meer naar koken gekeken wordt (en gelezen waarschijnlijk ook), maar dat er steeds minder tijd in de keuken wordt besteed en dat er tegenwoordig onder 'koken' ook verstaan wordt het opwarmen van een blikje, of het aanmaken van een sla met een dressing uit een flesje. De schrijver die dit constateert, ziet de oorzaak in een vorm van nostalgie: we doen het zelf niet meer, maar hunkeren er wel naar (terug). Mijn huiselijke wijsneus ziet het als escapisme: je kijkt naar het bereiden van lekker eten, omdat je dat zelf niet meer kunt, wilt of doet. 
Ik ben er inmiddels wel van overtuigd dat wij niet meer zelf kunnen nadenken en niet meer van huis uit leren koken, dus dat wij aan de hand moeten worden genomen, maar als we de adverteerdersbelangen nou eens achterwege laten, kunnen we elkaar dan niet simpele, leuke en een beetje verantwoorde (als in: uitgebalanceerde, niet te dure en tijdrovende) weekmenuutjes toesturen met een boodschappenlijstje en wat tips (bijvoorbeeld voor restverwerking)? 
Of moet ik het voor deze of gene doen? Kom maar op, geef dan wel even door wat je wel of niet lust of mag/moet eten en of je al dan niet een beetje gespecialiseerde winkels in de buurt hebt en voor hoeveel personen je per dag kookt. En dan niet gaan mieren over dingen die jantje of pietje niet lust, want dan gaat hij of zij maar zonder eten naar bed!