Het moest er natuurlijk snel van komen: eten bij het NRC Restaurant Café. Ik weet niet precies hoe lang het nu open is, maar het is al wel bezocht door diverse recensenten, waaronder (natuurlijk) Johannes van Dam, die over het eten niet veel goeds te melden had. Het is dan meteen lastig om onbevooroordeeld te gaan proeven en in dit geval, waarbij ik aanvankelijk zo nauw bij de totstandkoming betrokken was, ging ik wel heel kritisch 'aan de slag'.
Het restaurant, op de begane grond van het gebouw aan het Rokin waar de NRC redactie in zetelt, ziet er mooi uit, al is de plafondprojectie een aanfluiting. Dat het mooi zou worden, was te verwachten, want het is ontworpen door 'onze' Jaap Dijkman. De tussendeuren bij de entree, vind ik wel erg groot en het openduwen ervan kost kracht en ook enige moed; omdat er veel glas is, sta je toch snel te kijk als het je niet meteen lukt om binnen te komen. Er zijn veel ronde tafels, maar aan de randen met banken, staan kleine vierkante. Echt klein trouwens, want met de kandelaar, twee borden, twee glazen en een fles wijn, pasten de bijgerechten er eigenlijk niet meer op.
De bediening was voorkomend, maar niet erg attent (als in: twee keer langslopen en niet zien dat je bent uitgegeten), terwijl er toch nauwelijks klanten waren.
We kozen van de kaart, die niet erg overzichtelijk is (zo staan de hoofdgerechten aan de voor- en de achterzijde), een terrine (paté) en ravioli met ricotta, spinazie en salie. De paté was heerlijk, maar de augurkjes en reepjes bleekselderij waren naar mijn smaak in iets te zoet zuur ingelegd. De ravioli zwom in de smakeloze boter en was zelf ook niet echt hoog op smaak. Er lag wat geslonken spinazie op (zat het er ook in?) en een handje bundelzwammen, die alleen wat knapperigs toevoegden. De salie was nergens te bekennen.
Het duurde even voor het hoofdgerecht werd uitgeserveerd (terwijl er toch geen reuring was). We genoten van een goede Spaanse rode wijn, van een wijnkaart die eigenlijk niet zo evenwichtig geprijsd was, want of heel duur (boven de €50,00) of redelijk (tussen de €20,00 en €30,00), en een glas viognier kost wel €8,50 (een glas! - tja, dan kan ik het toch niet laten te memoreren dat je daar in Collioure een hele karaf voor krijgt).
Als hoofdgerecht deelden we een entrecôte en parmigiana. Meestal is die laatste van aubergine en dat was deze ook, maar de tomatensaus, die er oorspronkelijk bij hoort, bestond in dit geval uit schijfjes verse tomaat, waardoor het zielige hoopje dreef in het vocht. "Ja, dat komt waarschijnlijk uit de aubergine", zei de serveerster, toen ze een eerlijk antwoord kreeg op de vraag of het smaakte. Bull natuurlijk, maar goed. De helft ging met een "Ik zal het doorgeven aan de kok" terug naar de keuken.
De entrecôte had een goede garing (cuisson), maar smaakte nergens naar, behalve naar de paddenstoeltjes erop en het bremzoute groenteprutje eronder.
Hierna moest manlief rennen voor een volgende afspraak en dat was misschien maar goed ook, want met ook nog een tegenvallend dessert was de teleurstelling totaal geweest.
De keuken wordt bijgestaan of geadviseerd door Will Demandt van restaurant Bordewijk.
Ik zou in dit geval niet graag in zijn schoenen staan. Hier kan nog veel verbeterd worden, zeker met het nieuw geopende Hotel V er pal achter, ook met een restaurant en met een in mijn ogen echt uitnodigende menukaart. Volgende stop?
Geen opmerkingen:
Een reactie posten