Naar aanleiding van dat immateriële erfgoed, ben ik nog eens verder gaan denken. Ik geloof dat de bolhoed volledig uit het Engelse straatbeeld is verdwenen, maar hier lopen ze nog rond hoor: de mannen met baret. En dat niet alleen. Er zijn ook nog veel meer typisch Franse gebruiken die in ere worden gehouden. Het is er nu wat te koud voor, maar als wij hier onze balkondeuren (French windows, ha) open zetten, dan horen wij het geklik van de pétanque ballen. De boulodrôme van Collioure heeft tegenwoordig een eigen bar en drie keer raden wat daar het meest over de toonbank gaat: pastis natuurlijk. En de bakker (een lekker rond mannetje dat af en toe achter zijn hete oven vandaan komt om in bevuild wit t-shirt - ook in de winter gaat er geen jas overheen - zijn verse broden in grote bruine zak bij de lokale restaurants af te leveren) bakt stokbroden met een puntje aan het eind.
En waarom zit dat puntje eraan?
Omdat dat brood, in een minuscuul stukje papier rond het midden - een soort tangaslipje - met een behendige twist vastgedraaid, op weg naar huis vanaf dat (breek)puntje alvast heerlijk kan worden opgepeuzeld. Ik geloof dat er geen Fransoos of Française is, die dat niet bijna dagelijks doet (of meerdere keren per dag, want er wordt immers 2 x per dag gebakken; een brood blijft maar 5 uur vers!). En ik moet bekennen: die bakker zit om de hoek, maar voordat ik thuis ben....
Geen opmerkingen:
Een reactie posten