Dik en zwaar, dat is het nieuwe boek van en over Ferran Adria, A day at elBulli; an insight into the ideas, methods and creativity of Ferran Adrià. In dit fotoboek wordt de zesenveertiger letterlijk op de voet gevolgd. We zien 'm lopen, snijden, proeven, schrijven en experimenteren.
Het eerste deel bestaat uit een verslag van een dag in het restaurant, van uur tot uur. Daarbij krijgen we geen kijkje in de koude, of warme keuken, maar in de zoete of de hartige wereld. We kijken mee in het reserveringssysteem ('doet u mij maar ergens in 2008'- er zijn per jaar 2 miljoen aanvragen voor 8000 plaatsen) en verder onder andere in de glasbak, in de waterput en in de neusgaten van de chef.
Behalve vele foto's wordt in dunne velletjes tussendoor inzage gegeven in een menu, in het scheppingsproces, in de wijnkaart, het personeel en nog veel meer.
Het doorbladeren van deze pil heeft iets voyeuristisch; Je zit er met je neus bovenop. Niet dat je de kunst echt kunt afkijken, er staan niet heel veel recepten in, maar we zien zijne hoogheid nog net niet op de wc zitten.
Begrijp me niet verkeerd. 't Is een bijzonder boek en biedt veel kijkplezier, maar na een doorbladersessie met foto's van carameldruppels gevuld met poempoenolie, een krul van olijfolie, een schuimpje van parmezaan, en diverse gerechtjes met een hoog espuma-gehalte, ben ik toch blij dat ik even van m'n kruk moet komen om naar m'n lamscurry in de oven te kijken.
En zijn die stoelen eigenlijk niet aan een nieuwe bekleding toe?
2 opmerkingen:
En tóch wil ik er eten!
Ja ik ook!
Een reactie posten