Het bestelautootje parkeerde nog net niet in mijn zon. Er kwam een stel stevige mannen uit. Ze wachtten niet tot ze een tafeltje toegewezen kregen, maar schoven er twee aan elkaar en namen gewoon plaats. De ober vond het geen probleem, nam de eerste bestelling op en kwam al snel met een paar colaatjes en pastis. Zo begon, op een zonovergoten middag, de lunch van de werklui naast mij. Na het apéro volgde een mooi bord met gegrilde vis, gestoomde groente en wat verse pasta, kunstig om een vleesvork gerold. Erbij een glaasje rood, karaf water en natuurlijk veel vers brood, dat halverwege werd bijbesteld middels een zwierig gebaar met het mandje richting de bar. Geen dessert, maar een kopje koffie, maakte deze werklunch af. De mannen waren volledig in hun element, zaten te genieten van hun gesprek, hun maaltijd en hun drankje. Na ongeveer drie kwartier en een laatste saffie, klopten ze de kruimels van hun schoot, stapten in de bus en gingen weer aan het werk.
Ik zat ernaast, achter een heerlijke pan mosselen, net zo vol in de zon, met net zo'n glaasje voor mijn neus en was toch plaatsvervangend jaloers. Niet voor mezelf, maar voor de werknemers die het prachtige kantineconcept door hun neus kregen geboord door een OR die niet verder wilde kijken dan een energiereep lang is. Ik zag het helemaal voor me: een prachtige lokatie in hartje Amsterdam waar het werkvolk zich op een armlengte van het bureau even helemaal kon ontspannen en tegoed kon doen aan een verzorgde, uitgebalanceerde lunch, eventueel met een mooi glas wijn. Een lunch die door de inspirerende omgeving en de ontspannen sfeer de gesprekken op gang zou brengen en de inspiratie weer aanwakkerde, zodanig dat iedereen weer zin had om in die bus te springen en aan de slag te gaan. Maar wat de bouwvakker hier om de hoek als normaal beschouwt, gaat de bureaucalvinist veel te ver. Die staat natuurlijk graag voor donker op om het trommeltje uit te wassen en te vullen met sneetjes droog bruin, belegd zonder boter (!) met een dun geschaafd stukje kaas. Daarbij een mandarijn en banaan. Zo is het goed. Er is vast wel iemand jarig op de afdeling die vervolgens trakteert op die oh zo zondige Hemataart. En dan snel een column schrijven over de crisis, de onverdraagzaamheid in de samenleving, ontbossing en plofkippen.
Het nieuwe restaurant café NRC is net open. De integratie met de journalisten schijnt goed te verlopen. Zou het dan toch kunnen?
Geen opmerkingen:
Een reactie posten