woensdag 17 februari 2021

Gaan met die banaan

"Yoghurt of een appel,"was wat mijn schoonmoeder volgens de overlevering altijd zei na het hoofdgerecht. Ze was een huisvrouw of thuismoeder en zat rond een uur of 4 klaar met de thee en een koekje. Ze maakte elke zaterdag groentesoep en rolde dan de gehaktballetjes met twee tegelijk in haar bedreven handen. 
Yoghurt of een appel. Dat was het toetje, want ze was zelf geen zoetekauw en bovendien had het gezin (met 6 kinderen) het niet altijd breed gehad. 
Ik kan mijn ogen daarom niet geloven als ik in de Volkskrant de rubriek 'Volkskeuken' lees, geschreven door Tallina van den Hoed.
Ze schrijft daarin: 'Ik weet niet hoe het met uw kinderen zit, maar die van mij zijn nogal kieskeurig als het gaat om bananen.'
Waaaat? Bananen, de zoetste vrucht onder de zoete vruchten, energierijk en nou ja, bomvol met van alles, ook suiker. Ik dacht dat kinderen tegenwoordig vooral een groenteprobleem hadden, maar heb me duidelijk vergist. 
'Als de schil maar één bruin spikkeltje vertoont, wordt er niet meer gehapt,' schrijft Tallina. Dus volgt ze de instructies van haar prinsje of prinsesje: "Misschien kun je er iets van bakken mam." 
Ik zie het kind op de bank zitten, met oordopjes in en een schermpje op de knieën. Het laatste model natuurlijk, want dat kind moet toch meekomen en de beeldkwaliteit van de vorige was slecht voor TikTok.
En wat doet Tallina: ze pakt suiker, boter, bloem, slagroom en banaan en flanst heerlijke cakejes in elkaar, die de kinders doen knorren van plezier. 
Goede moeder natuurlijk, want de jeugd heeft het psychisch al zo zwaar, dat mag je fysiek best wat compenseren.
Nee, neem dan mijn moeder die zei: "Lust je het niet? Dan ga je gewoon zonder eten naar bed."
Maar misschien was dat 'het oude normaal'.

woensdag 10 februari 2021

Plastic soep

Man en ik klagen hier in Frankrijk steen en been over de vele afkortingen. Probeer maar eens een belastingformulier in te vullen, dan moet je door een woud aan onverklaarbaar aan elkaar geregen hoofdletters heen. Uitbesteden dus. 
Maar wie weet het verschil tussen THT en TGT? Dat is Nederlands voor 'tenminste houdbaar tot' en 'te gebruiken tot'. Deze aanduidingen schijnen er mede de oorzaak van te zijn dat we per persoon gemiddeld 34 kilo per jaar aan voedsel weggooien. Die hoeveelheid moet naar beneden, dus moet er iets aan de afkortingen worden gedaan. Een 'slimme houdbaarheidsindicator' kan uitkomst bieden. Die sticker verkeurt naarmate de tijd (lees: houdbaarheid) verstrijkt en is gemakkelijk af te lezen. Dit zou dan de vervanger moeten worden voor de TGT, want die THT is eigenlijk al een wassen neus. Zo kocht ik gisteren een blikje sardientjes, 'houdbaar tot 2023' stond erop. Als er geen gaatjes in de verpakking komen, of andere rare dingen mee gebeuren, dan is de houdbaarheid (van de meeste conserven) nog vele malen/maanden langer dan diens THT, al trokken we het nu meteen open om ervan te genieten. 
Het doet me denken aan het bankstel van een goede vriend in Ghana. Hij had de plastic beschermhoes, die de leverancier voor het vervoer over de bekleding had aangebracht, nooit verwijderd. Dat maakte het in een tropisch klimaat niet erg aantrekkelijk om erop plaats te nemen. Wat bleef die bank lang mooi! Maar waarom hadden ze hem eigenlijk? Ik denk dat hij er nog steeds zo bijstaat, tot dat plastic zo verpulvert is dat het hele gevaarte naar de stort kan. Net als die blikjes in de gangkast. Natuurlijk is het altijd goed om enige reserve of noem het rantsoen in huis te hebben, maar je kunt het ook overdrijven. 
In plaats van goed bedoelde aanpassingen door de industrie zou ik iets anders willen voorstellen dat mij, als consument, iets vaker van de afvalemmer weg kan houden. Een grote plastic bak met rucola krijg ik in mijn twee-persoonshuishouden niet in één kom sla, of op twee verse pizza's naar binnen gewerkt. Niet alleen is het veel plastic, maar het levert ook gele slappe blaadjes op in mijn al op groentebesparing afgestelde koelkastlade. De hoeveelheid is gewoon te groot. En dat geldt voor meer producten. 
Wat ook nog eens zo frustreert, is dat de kaasboer of de notenbar mijn waren afweegt met de verpakking erbij, dus dan is het voor mij ('ons ben zuunig') gunstiger om een relatief grote hoeveelheid te kopen - amandelen in een luxe dubbelwandig papieren zakje, man dat is gewoon hartstikke duur! En noten worden toch snel rans.
De plastic bakjes die de visboer op de Albert Cuyp ineens had ingevoerd om de visfilets in de verpakken, vond ik ook al zo'n frustratie. Mijn voetstap werd er niet alleen groter van, ik was ook nog eens verstoken van het lokale nieuws, al kon die krantenwikkel zomaar een paar weken oud zijn. 
Het valt me sowieso op, als ik weer even in Nederland ben, dat de vuilnisbak in een oogwenk dichtslibt met plastic. Neem een pakje lever, als vleeswaar op een broodje half-om. Dat zit in een zakje plastic (hersluitbaar!) waarin een plastic schoteltje zit met daarop plakjes lever die weer voor de helft van elkaar zijn gescheiden door een plastic vliesje; meer verpakking dan vleeswaar. En twee bruine bolletjes (voor de haring) moeten in een plastic zak worden gestopt ter grootte van een heuse draagtas - en dan zitten er ook nog eens gaatjes in, dus hergebruik - bijvoorbeeld voor de haringstaartjes en het vettige bakje waar die weer in kwamen) is niet mogelijk. Zou de houdbaarheidsdatum op al dat plastic slaan?
Mogelijk speelt de huidige pandemie ons parten. Zo wilden we allemaal af van het plastic wegwerpbestek, maar is dat weer volop in productie genomen nu we niet meer van elkaars vork mogen prikken. En het is misschien ook niet raadzaam of haalbaar om in de supers de groente gewoon zoveel mogelijk los aan te bieden - al is de Turk daar nog wel heel goed in. Zou een beetje virusbesmetting op deze manier opgelopen niet helpen tegen immuniteit?
Net zoals ik graag de heuse 'zijden' stof van de Ghanese bank onder m'n huid had gevoeld, neem ik graag een precies rijpe tomaat mee, in plaats van een hele tros, voorverpakt in een kartonnen bakje, omkleed met een plastic zak. Ik weet namelijk dat 3 van de 6 niet rijp zijn en tegen de tijd dat ik er weer emplooi voor heb, zijn ze verpieterd en moet ik ze weggooien - en me daar ook nog eens schuldig over voelen.
Dus stel ik voor: terug naar de menselijke maat; die kan ik heel goed zelf bepalen. En dan accepteer ik met liefde DMM als afkorting. 

De foto hierbij is van boerenkoolchips, die ik maakte in de oven (op 150 graden, circa 7 minuten) van in stukjes gescheurde boerenkool (restverwerking!), bestreken met olijfolie en bestrooid met een snufje zout - de harde nerf heb ik achterwegen gelaten (ik composteer!). Geen idee van de houdbaarheid; gewoon meteen opeten!