vrijdag 26 oktober 2012

Voor de vrouwtjes

Het is een feit: in de tanende papieren uitgeverijbranche doet niets het zo goed als kookboeken. Ook in Nederland zijn het de spreekwoordelijke warme broodjes. Ik meen een duidelijk onderscheid te zien tussen de knappe chefs, die elkaar op de koksschool met messen te lijf gingen, maar nu achter hun kachel vandaan zijn gekropen en tijd genoeg hebben om receptuur samen te stellen, eindeloos te vergaderen met uitgevers, fotografen en vormgevers, vervolgens elke week minstens een halve dag bij de styliste doorbrengen en dan het hele land doorkruisen voor signeersessies... die tot chefs gebombardeerde koks dus tegenover de leuke hobbykokkin, die van nature haar looks meeheeft en niet per se wilde moederen, maar ook niet echt geschikt bleek voor een heuse carrière, dus door man en vriendinnen werd gestimuleerd om toch vooral haar kookkunsten op papier te zetten, het liefst met eigen knipsels, lieve verhaaltjes of tekeningetjes, als betrof het heuse sprookjesboeken.
De mannen publiceren strakke koffietafelboeken met een onmogelijk lange ingrediëntenlijst bestaande uit producten die je zelf uit de Japanse klei moet trekken, of het gaat om een bereiding van gelei van Iberisch hambeen, verkregen door 72 uur trekken op precies (!) 53 graden. Een kijkje in deze keuken biedt de column van Joël Broekeart in de NRC. De dames houden het praktisch, maar ook verleidelijk lekker, kindvriendelijk, maar ook zondig, dus om 's nachts stiekem van te smullen als je in je negligé in het vernietigende licht van de ijskast staat (als ware de huidige keukenprinses een Arabische schone, die onder haar volledig lichaamsbedekkende gewaad de meest hippe en dure  haute couture verstopt).
Zo is er een nieuw 'superleuk' kookboek (Handboek oven) uit van, naar ik aanneem door elke Libellelezeres op handen gedragen thuiskok, Karin Luiten. Ik mag er niet teveel over zeggen, hondervijftig recepten, voor de helft hartig en de rest zoet, dat doe ik haar niet snel na. Bovendien heb ik het boek nog helemaal niet gezien en de enige recensies die ik ervan op internet vind, zijn gewoon citaten van de flaptekst, maar een overgenomen recept in de ook alleen maar lovende column van Janneke Vreugdenhil in de NRC, geeft mij een eerste indruk. Het gaat om een ovenschotel van stukjes witlof met reepjes ham, geraspte kaas en slagroom. Daar valt mijn mond van open, niet zozeer uit verbazing, maar eerder uit verveling (gaap!). Zijn we daar aanbeland na overspannen emancipatie van het koksvak, nu we de gevaren van overgewicht kennen door teveel frisdrank, te weinig beweging en teveel kant-en-klaarmaaltijden vol overbodige suikers en zout?  Is dat wat we doen met onze verantwoorde biologische, seizoensgebonden aankopen? Witlof met ham en kaas, dat is toch geen gerecht voor een nieuw verrassend toverboek voor de vrijgevochten Nederlandse man of vrouw, dat zou ik eerder uitbrengen in een kaartenbakje bij de supermarkt onder de naam Terug naar af.

Geen opmerkingen: